Chauffeur Bergingsvoertuigen

Functiefamilie
Besturen Rijdend Materieel
Referentiefunctie
Chauffeur Bergingsvoertuigen
Inschaling
F
Bijbehorende functiecontext
E-F

Positie van de functie in de organisatie
Werkt onder leiding van de Manager Werkplaats.

Doel van de functie
Zorgdragen voor het snel en veilig bergen en/of transporteren van voertuigen die betrokken zijn bij ongevallen, pech of fout parkeren (in opdracht van diverse instanties en in alle voorkomende situaties inclusief tunnels en drukke verkeerswegen). 

Typering van de activiteiten
A. Verstrekking informatie en opdrachten

  1. Ontvangt opdrachten van de Manager Werkplaats (van een takel- en bergingsbedrijf) tijdens de diverse garagewerkzaamheden (uitvoeren onderhoud aan eigen materieel, inbouw, ombouw en dergelijke).
  2. Ontvangt via de meldkamer opdrachten (mondeling of via de mobilofoon) in verband met een ongeval, pech of fout parkeren.
  3. Ontvangt tevens van de meldkamer aanwijzingen welk voertuig er gebruikt moet worden (takelwagen, kraanwagen, autotransporter, bergingswagen en dergelijke).

B. Bergingswerkzaamheden bij grote ongevallen

  1. Spoedt zich na ontvangst van de melding met het juiste voertuig naar de opgegeven plek en neemt indien mogelijk contact op met de Bevelvoerder ter plaatse van het ongeval.
  2. Beoordeelt mede met de Bevelvoerder (bij gecompliceerde ongevallen en op de rijkswegen) ter plaatse de situatie en vraagt, indien nodig, om assistentie via de meldkamer.
  3. Neemt contact op met Rijkswaterstaat voor rijstrooksignalering tijdens berging in de tunnel.
  4. Pakt het benodigde materieel, plaatst de bergingswagen in de meest ideale positie en start met de berging.
  5. Draagt zorg voor een zo snel en veilig mogelijke berging.
  6. Voert de beschadigde voertuigen af.
  7. Vult samen met de eigenaar van het voertuig (indien mogelijk) het ontvangstbewijs in (naam, kenteken, verzekeringsmaatschappij, afleveradres, etc.).
  8. Regelt alternatief vervoer voor de bestuurder (indien niet gewond) van het beschadigde voertuig.
  9. Meldt beëindiging van de berging bij de verantwoordelijke instanties.

C. Afslepen van foutparkeerder en kleine ongevallen

  1. Voert beschadigde voertuigen af (met behulp van autotransporter of auto-ambulance).
  2. Sleept voertuigen weg in opdracht van politie of particuliere instelling.
  3. Voert zelfstandig transporten uit naar diverse bestemmingen.

D. Overige werkzaamheden

  1. Begeleidt nieuw personeel.
  2. Draagt er zorg voor dat de voertuigen na de berging weer volledig uitrukgereed zijn.
  3. Controleert regelmatig het hulpgereedschap.
  4. Oefent regelmatig met de diverse hulpverlenende instanties (politie, brandweer, ambulance).
  5. Blijft op de hoogte van de diverse mogelijkheden van hulpverleningsgereedschap.
  6. Voert de bergingswerkzaamheden uit gedurende ploegendienst (continu zijn er bergingsvoertuigen paraat).

Complexiteit
De functie is primair gericht op het met behulp van diverse voertuigen en hulpgereedschappen zo veilig en snel mogelijk bergen van allerlei soorten voertuigen (personen-, vrachtauto's, motoren en bussen etc.) die op de openbare weg bij een ongeval betrokken zijn geraakt. Ook draagt de functionaris zorg voor het wegslepen en transporteren van voertuigen die in de weg staan ten gevolge van kleine ongevallen, pech of fout parkeren. Daarnaast voert de Chauffeur Bergingsvoertuigen werkzaamheden in de garage uit gericht op het onderhouden, aanpassen of uitrukgereed maken van de voertuigen inclusief toebehoren (kranen, laad- en losinstallatie, markerings- en bergingsmaterieel e.d.). De functionaris schakelt tijdens de berging doorgaans zeer frequent om als gevolg van overleg en alertheid/moeten inspelen op plotseling optredende situaties en af en toe tussen en binnen de overige werkzaamheden; schakelt gemiddeld regelmatig om. Accuratesse is vooral vereist tijdens de berging van voertuigen betrokken bij een ongeluk. Tijddwang is tijdens ongevallen in een tunnel of op de rijksweg zeer groot.

De kennis dient naar aard en niveau gelijkwaardig te zijn aan MBO-2, aangevuld met cursussen en/of trainingen met een gemiddelde studielast tot 3 jaar (relevante diploma’s en rijbewijzen). Bijblijven door middel van regelmatige oefeningen met hulpverlenende instanties.

Zelfstandigheid
Deelt de eigen werktijd in aan de hand van de ontvangen opdrachten, waarbij bergingsopdrachten en wegsleepgevallen zich onverwacht aandienen en meestal een onmiddellijke reactie vereisen. Voor de overige werkzaamheden volgt de Chauffeur Bergingsvoertuigen de planning van de Manager Werkplaats. De aanpak en vormgeving van de werkzaamheden worden sterk bepaald door de situatie die op de plaats van het ongeval wordt aangetroffen. Op basis van inzicht en ervaring wordt zo adequaat mogelijk ingespeeld op die situatie al dan niet in overleg met een Bevelvoerder ter plekke. Inzet daarbij is steeds om gevaarlijke situaties op te heffen en te voorkomen en de doorstroming op de wegen nabij het ongeval weer snel mogelijk maken. Het toezicht tijdens de garagewerkzaamheden is vrij direct en volledig indirect tijdens de werkzaamheden “en route”. De Chauffeur Bergingsvoertuigen moet steeds die beslissingen nemen -per situatie verschillend- waardoor levens gered kunnen worden, de veiligheid voor de verkeersdeelnemers wordt hersteld en de doorstroming weer kan plaatsvinden. Kan en moet bij gecompliceerde ongevallen (in tunnel, op rijkswegen, gevaarlijke stoffen, brand, veel gewonden etc.) afstemmen met een Bevelvoerder, andere hulpdiensten en de eigen meldkamer.

Heeft contact met de leidinggevende, collega's en de meldkamer. Deze interne contacten zijn gericht op de voortgang van de werkplaatswerkzaamheden en van belang voor het zo veilig en snel mogelijk bergen van voertuigen betrokken bij een ongeval of wegslepen van voertuigen die in de weg staan.

Afbreukrisico
Heeft contact met bestuurders van bij een ongeval betrokken voertuigen om informatie uit te wisselen, voertuigen te bergen en af te voeren, vervangend vervoer te regelen e.d. en intensief met hulpverlenende instanties (politie, brandweer, ambulance) in verband met hulpverlening en oefeningen. Heeft regelmatig contact met Rijkswaterstaat in verband met wegafzettingen, signaleringen, markeringen en dergelijke. Deze contacten zijn gericht op een goede dienstverlening en samenwerking en van belang voor een adequate hulpverlening.

Fouten of onzorgvuldigheden in het onderhouden, aanpassen of uitrukgereed maken van voertuigen, de keuze van hulpgereedschappen e.d. kunnen leiden tot tijd- en materiaalverlies, beschadiging van het hulpgereedschap en/of langer duren van een berging. Fouten of onzorgvuldigheden in de bevestiging van hijsmateriaal betekent meestal beschadiging van het te bergen voertuig en verkeerd inschatten van de situatie kan in extreme gevallen levensgevaarlijke problemen opleveren en het bedrijfsimago ernstig schade toebrengen. De kans op tijdig ontdekken en herstellen berust op zelfcontrole en controle door een collega (bij ongevallen op de rijksweg en in de tunnel zijn er minimaal twee Chauffeurs-Takelwagen aanwezig) en op afstemming met een Bevelvoerder, de meldkamer of hulpverlenende instanties.

Fysieke aspecten
Werkt nu en dan onder werkplaatsomstandigheden en is voor het merendeel veel onderweg met diverse voertuigen. Werkt tijdens de berging in allerlei weersomstandigheden horend bij de seizoenen zowel s' nachts als overdag. Tilt regelmatig hulpgereedschap ten behoeve van de berging (kettingen, stroppen, sluitingen, etc.) en voert werkzaamheden uit op rijkswegen en in tunnels. Er is kans op lichamelijk letsel als gevolg van gevaarlijke situaties, verkeersdeelname en werken tijdens/in het voortgaande verkeer op de snelweg, brand, hijsen, e.d.


Functiecontext van de referentiefunctie
De Chauffeur Bergingsvoertuigen komt voor binnen vestigingen en werkplaatsen. De Chauffeur Bergingsvoertuigen voert de bergingswerkzaamheden uit ten behoeve van voertuigen bij pech, ongevallen en foutparkeren, in alle situaties inclusief tunnels en drukke verkeerswegen. Stemt de opdracht af met de meldkamer en ter plaatse met veiligheidsdiensten voor zover nodig. Vervoert eventueel bij de opdracht betrokken bestuurders en passagiers. Zorgt voor administratieve verantwoording en meldt de opdracht gereed. Een alternatieve functienaam kan bijvoorbeeld Chauffeur Takelwagen zijn.

Toepassingsregels

LichterAls de bedrijfsfunctie duidelijk lichter is dan deze referentiefunctie, deel dan de eigen bedrijfsfunctie een functiegroep lager in. Bijvoorbeeld als de bedrijfsfunctie meer aansturing en begeleiding nodig heeft of slechts enkele werkzaamheden van de referentiefunctie uitvoert. Bijvoorbeeld als de functionaris geen werkzaamheden in tunnels of drukke verkeerswegen uitvoert, maar wel de overige (allround) taken van de referentiefunctie.E
GelijkAls de eigen bedrijfsfunctie min of meer gelijk is aan de referentiefunctie, deel dan de bedrijfsfunctie in dezelfde functiegroep in.F
ZwaarderBinnen de functiefamilie is er geen zwaardere variant dan beschreven binnen functiegroep F.